Sociaaldemocratie in een notendop
Discussies en debatten in de kleine uurtjes. Dat waren nog eens tijden. Dat kunnen we door Corona al een hele poos niet meer. Misschien kan het binnenkort eindelijk weer. Lekker naar de kroeg, glaasje bier of wijntje erbij en je kunt oeverloos naölen over het verschil tussen sociaaldemocratie en democratisch socialisme?
Trots op sociale inhoud
Waarom zou je iets willen weten over sociaal democratie?
Misschien wel voor nu of later als je het in jouw leven niet allemaal vanzelf gaat. Jij wil toch ook een inkomen, waarvan je kunt rondkomen? Een eigen plek om te wonen, dat hoort toch normaal te zijn? Sociale zekerheid door een vaste baan en later een pensioen waarvan je kunt leven, is toch geen overbodige luxe? En hetzelfde behandeld worden als anderen hoort er zeker ook bij. Daarover maakt een sociaal democraat zich onder andere druk.
Hieronder daarom al vast een aantal bouwstenen op hoofdlijnen om niet volledig in het luchtledige de discussiedegens met elkaar te kruisen.
Een beetje geschiedenis
In het verleden, tot ver in de 19e eeuw, was de wereld pas echt eenvoudig. Verschil van inzicht was er toen al wel. Er was sprake van enkele stromingen zoals bijvoorbeeld het liberalisme en het socialisme. Eind 19e eeuw werd het socialisme opgesplitst in 2 stromingen: het communisme en de sociaaldemocratie. De doelen waren identiek, bijvoorbeeld bestrijden van armoede en sociale ongelijkheid. Steeds was de overheid binnen deze stromingen de hoeder van de oplossing. De methode om resultaat te boeken was echter anders. Bij het communisme werd gekozen voor revolutie. Sociaaldemocratie daarentegen ging en gaat uit van het veranderen van de maatschappij op een rustige en geleidelijke manier via democratische politiek.
Partij van de Arbeid
In Nederland is de Partij van de Arbeid de enige sociaal democratische partij. De Partij houdt zich onder andere bezig met:
– het eerlijk verdelen van welvaart (motto: de sterkste schouders dragen de zwaarste lasten);
– het bevorderen van emancipatie van mensen met een achterstand (iedereen doet mee en iedereen telt);
– het bereikbaar houden en maken van noodzakelijke zorg;
– emancipatie van groepen mensen met een achterstand (bijvoorbeeld taalachterstand en armoede);
– het bereikbaar maken en houden van voldoende woningen voor woningvragers;
– het realiseren van passend werk voor een fatsoenlijk loon.